Artikeloverzicht

"Eindelijk kan ik weer fatsoenlijk lopen"

Al twee jaar lang heeft Henriëtte van Bergen (64) problemen met haar knieprothese, tot een second opinion haar bij de Sint Maartenskliniek brengt. ‘Voor mij heeft de arts een wonder verricht.’

Het had zo’n leuk teamuitje moeten worden: een stadswandeling door Nijmegen, een kookworkshop, een terrasje… Maar na twee stappen op het treinstation gaat het mis. Van het ene op het andere moment kan Henriëtte van Bergen niet meer lopen. “Ik deed niks geks, liep enkel een talud af, maar ineens deed mijn knie pijn. Verder lopen ging nauwelijks, ik kon hem niet meer bewegen.”

Henriëtte is het type ‘niet zeuren, vooral doorgaan’, dus ze laat zich niet tegenhouden en gaat gewoon met haar collega’s op stap. Nou ja, figuurlijk dan. “Terwijl zij die stadswandeling deden, zat ik op een terrasje. Ik dacht: na een nachtje slapen gaat het wel over.” (Lees verder onder de foto.)


Docent van Bergen voor de klas

Onverwacht nieuws
Helaas is dat niet zo: Henriëtte blijft last houden van haar knie. Ze bezoekt de huisarts, die haar doorstuurt naar het ziekenhuis. Daar krijgt ze onverwacht nieuws. “De orthopeed constateerde dat mijn knie helemaal stuk was en een prothese de enige oplossing. Ik wist niet wat ik hoorde. Ik had nooit last gehad van mijn knie. Hoe kon dit? Dat wist de arts ook niet, maar dat een operatie noodzakelijk was, stond vast.”

Begin 2020 wordt Henriëtte geopereerd. Na afloop voelt het niet goed, vertelt ze. “Het is lastig te omschrijven, maar ‘iets’ zat niet lekker. Daarbij kreeg ik een allergische reactie op de pleisters: gigantische blaren, waardoor ik niet mocht bewegen – en juist dat is zo belangrijk na een knieoperatie. Mijn herstel liep daardoor vertraging op.”

Uiteindelijk krabbelt Henriëtte weer op, al gaat dat niet van harte. “Mijn knie bleef pijnlijk en dik, ik kon hem niet goed buigen. Lopen ging moeizaam, traplopen lukte al helemaal niet. Maar ik buffelde door en bleef werken – ik geef Nederlands en geschiedenis op een middelbare school en zit in allerlei commissies. Dan nam ik een paracetamolletje en kon ik er weer tegenaan. O, wat baalde ik als ik strompelend die klas vol kinderen binnenkwam. Ik voelde me beperkter dan vóór de operatie.”

Second opinion
Volgens haar arts moet ze geduld hebben, maar Henriëtte dringt aan op een second opinion. Pas na twee jaar krijgt ze die, bij een andere orthopeed in hetzelfde ziekenhuis. “Hij zag me lopen en zei meteen dat ik opnieuw geopereerd moest worden. Ik was blij dat ik eindelijk werd gehoord, maar wist ook dat ik naar de Sint Maartenskliniek wilde – daar had ik intussen veel positieve verhalen over gelezen.”

Al twee weken later kan Henriëtte daar terecht. “Ik vond het spannend, wat zouden ze hier zeggen? Maar de orthopedisch chirurg bevestigde dat een nieuwe operatie nodig was. Hij legde alles zo geduldig en duidelijk uit, dat vond ik echt een pluspunt. Net als het feit dat ik alle foto’s en onderzoeken op dezelfde dag kreeg. Wat een uitkomst!”

Dansen in bed
Henriëtte kiest voor een operatie waarbij één onderdeel van haar knie wordt vervangen, in de hoop dat het herstel sneller gaat. In november 2022 is het zover – en dit keer voelt het wél goed. Ze grinnikt: “Ik lag bijna te dansen in dat bed, de fysiotherapeut wist niet wat hij meemaakte.”

Ze herstelt snel, maar merkt dat haar onderbeen steeds ‘schuiner’ gaat staan, met pijn tot gevolg. “Bij de controle bleek dat de onderkant van mijn knie aan het losscheuren was. Dat had niets te maken met het werk van de orthopedisch chirurg, want dit risico hadden we vooraf besproken. Domme pech. Ik moest wederom onder het mes, en nu werd mijn hele prothese vervangen.”

Die laatste ingreep is nu een jaar geleden en Henriëtte is blij met het resultaat. “Ik voel iedere stap die ik zet nog wel, het is niet zoals vroeger. Maar ik kan weer fietsen, traplopen en lopen zonder dat mijn knie opgeblazen is. Dat ik geen steile stukken kan doen of soms een wandelstok nodig heb, boeit me niet, daar leg ik me bij neer. Wat telt is dat mijn been weer recht staat en ik kan fatsoenlijk lopen. In mijn ogen heeft de arts een wonder verricht. Daar ben ik hem én de Sint Maartenskliniek nog elke dag dankbaar voor.”