Download dit plan

Uw opname in het ziekenhuis

Tijdens uw verblijf in de Sint Maartenskliniek wordt u geopereerd. Wat er allemaal gebeurt vanaf de start van de opname, tot u weer naar huis mag, vindt u hieronder uitgelegd. 

Wat gebeurt er tijdens uw opname in het ziekenhuis?

print

Op de dag van uw opname in de Sint Maartenskliniek, heeft u eerst nog een opnamegesprek voordat u geopereerd wordt.

Melden en opnamegesprek

Een dag voor de operatie krijgt u van ons te horen hoe laat u zich moet melden in de Sint Maartenskliniek. U mag zich op dat tijdstip melden bij de balie op de afdeling waar u wordt opgenomen. Eén van onze verpleegkundigen komt u vervolgens halen voor een opnamegesprek. In dit gesprek hoort u hoe de opname verder zal verlopen en neemt de verpleegkundige met u door of de voorbereiding volgens afspraak is verlopen. Dit gesprek heeft u op de afdeling. Het kan zijn dat u meteen ’s ochtends vroeg om 6.45 uur wordt opgenomen. In dat geval vindt het opnamegesprek al een dag van tevoren telefonisch plaats.

Verpleegafdeling

U verblijft voorafgaand aan én na afloop van, de operatie op de verpleegafdeling. De verpleegkundige zal u de afdeling laten zien en u naar uw kamer brengen. Als tijdens de pre-operatieve screening is besloten dat we bloed moeten prikken, gebeurt dit op de verpleegafdeling. Ook worden er door de verpleegkundige enkele andere metingen gedaan, zoals bijvoorbeeld het meten van uw temperatuur en uw hartslag. U krijgt een operatiejasje aan en ontvangt medicatie als voorbereiding op de narcose. Het kan een tijd duren voordat u uiteindelijk naar de operatiekamer wordt gebracht.

Nuchterbeleid

Tijdens de operatie moet u nuchter zijn. Een lege maag is belangrijk zodat de kans dat u zich verslikt tijdens de operatie zo klein mogelijk is.

Belangrijk om te weten:

  • We bellen u één werkdag voor de operatie. Dan hoort u tot wanneer u precies mag eten en drinken.
  • Tot 6 uur voor uw operatie mag u alles eten en drinken. Daarna mag u alleen heldere vloeistoffen drinken en niks meer eten. Let op: drink vanaf dit moment ook géén melkproducten, vruchtensappen met vruchtvlees meer.
  • Tot 2 uur voor uw operatie mag u alleen heldere vloeistoffen drinken, zoals water (mag met koolzuur), limonadesiroop, heldere vruchtensappen (zonder vruchtvlees!), thee en zwarte koffie (mag met suiker). 
  • U heeft met de Maartensapotheek afgesproken met welke medicijnen u stopt en welke medicijnen u nog inneemt. Deze medicijnen neemt u in op de tijden zoals u dat altijd doet, het liefst met een slokje water. 

Neem thuis een douche

Neem thuis op de ochtend van de opname een douche. Gebruik géén huidolie of bodylotion.

Ontharen

Voor bijna alle operaties geldt dat u het operatiegebied niet mag scheren. U mag ontharen tot uiterlijk één week voor de operatie.

Voor 3 specifieke operaties aan de nek of rug gelden andere regels m.b.t. ontharen. Dit zijn de dorsale cervicale spondylodese, ventrale cervicale spondylodese en de ventrale lumbale spondylodese. Het beleid met betrekking tot ontharen bij deze operaties is als volgt:

  1. Onderste haargrens laten scheren door de kapper tot 1 dag voor de operatie van midden oor tot midden oor
  2. Scheren van baard, hals tot 1 dag voor de operatie
  3. Ontharen tot 1 dag voor de operatie van schaambeen tot aan de navel

Meenemen naar het ziekenhuis voor opname

  • Actueel overzicht van de medicijnen die u gebruikt
  • Medicijnen die u tijdens de opname van thuis gebruikt, zoals afgesproken tijdens de pre-operatieve screening (bijv. zalven, inhalatiemedicatie)
  • Gegevens van uw zorgverzekeraar
  • Gemakkelijke kleding, ondergoed en schoenen; kies voor gemakkelijke kleding die bij uw ingreep past. Bedenk bijvoorbeeld dat u bij een heup- of knieoperatie na een paar uur alweer uit bed bent. Bij dit soort ingrepen is een joggingbroek handig. Wanneer u aan het bovenlichaam geholpen wordt, kunt u het beste kleding meenemen die aan de voorkant open en dichtgemaakt kan worden. Vermijd het liefst strak zittende kleding.
  • In uw reistas maakt u een apart tasje met: t-shirt, nachthemd of pyjama en ondergoed voor na de operatie. In dit tasje doet u ook de medicatie die zoals afgesproken op de screening u zelf zou meenemen.

Extra meenemen als u in het ziekenhuis overnacht:

  • Nachtkleding, eventueel kamerjas, pantoffels of een stevige / verstelbare instapper (in verband met infectiegevaar)
  • Toiletartikelen
  • Neem uw bagage mee in een afsluitbare reistas
  • In uw reistas maakt u een apart tasje met: t-shirt, nachthemd of pyjama en ondergoed voor na de operatie. In dit tasje doet u ook de medicatie die zoals afgesproken op de screening u zelf zou meenemen.
  • Eventueel krukken of andere hulpmiddelen, indien afgesproken tijdens het pre-operatief onderzoek.
  • Als u een spalk, brace of bijvoorbeeld orthopedische schoenen heeft, dan verzoeken wij u deze mee te nemen
  • Als u aan uw been of arm geopereerd wordt, dan kan het handig zijn om een extra kussen mee te nemen als steun tijdens de terugreis.

Hier vindt u een checklist met overige zaken die handig zijn om mee te nemen voor uw opname, zoals bijvoorbeeld een telefoonoplader! Neem deze lijst ook altijd nog even door. Zodat u zeker weet dat u niks vergeet.  

print

Een artroscopie is een kijkoperatie. U krijgt hierbij meestal een plaatselijke verdoving van het been dat we gaan opereren. De duur van de kijkoperatie is afhankelijk van de aandoening.

Voor meer informatie rondom uw verdoving en pijnbehandeling leest u Anesthesie en pijnbehandeling bij uw operatie.

De operatie

Na de verdoving (en eventueel een lichte slaap door een slaapmiddel) maakt de orthopedisch chirurg een wondje in de huid van 1 cm. Daarna brengt de chirurg de artroscoop in uw enkelgewricht. Dit is een smalle buis met een miniatuur lens en licht aan het uiteinde. Het beeld van uw enkelgewricht verschijnt vervolgens op een groot beeldscherm in de operatiekamer. Via een ander klein wondje kunnen we verschillende soorten instrumenten gebruiken. Zo kan de orthopedisch chirurg het enkelgewricht inwendig schoonmaken. Voor een duidelijker beeld van het gewricht, en om makkelijker te kunnen werken, brengen we vloeistof in via een infuus. Deze vloeistof halen we er na de kijkoperatie weer uit.

Aandoeningen die we via een kijkoperatie kunnen behandelen:

  •   Osteochondritis dissecans - OCD (kraakbeenbeschadiging)

Na het inbrengen van de camera en hulpinstrumenten beoordeelt de chirurg het kraakbeen van het gewricht. Heeft u een lokale kraakbeenbeschadiging? Dan bekijkt de chirurg of een behandeling hiervan nodig en/of mogelijk is. Losse stukjes kraakbeen en beschadigd kraakbeen worden verwijderd en de holte (cyste) schoongemaakt. Om de doorbloeding te stimuleren, maakt de chirurg gaatjes in het bot onder de holte. De holte vult zich na verloop van tijd met bot en wordt bedekt met een laag kraakbeen-littekenweefsel. Na de ingreep worden de gaatjes in uw huid gehecht.

  • Impingement (beknelling in enkelgewricht)

Na het inbrengen van de camera en hulpinstrumenten haalt de chirurg met een scheerapparaatje in de enkel de uitstekende / extra aangegroeide botfragmenten weg. Na de ingreep worden de gaatjes in uw huid gehecht.

  • Enkelartrodese en subtalaire artrodese via een kijkoperatie (vastzetten versleten enkelgewricht)

Heeft u slijtage in uw enkelgewricht (bovenste) of subtalaire gewricht (onderste)? Dan kan de orthopeed ervoor kiezen om het gewricht via een kijkoperatie vast te zetten. Voor het vastzetten van het enkelgewricht komen de gaatjes aan de voorzijde van uw enkel. Voor het vastzetten van het onderste ‘spronggewricht’ komen de gaatjes aan de achterzijde. Na het inbrengen van de camera en hulpinstrumenten verwijdert de chirurg restjes kraakbeenlaag. Het gewricht wordt vervolgens met twee schroeven vastgezet.

  • Syndesmose – inventariserende scopie

Deze kijkoperatie is bedoeld om de juiste diagnose van uw enkelletsel te kunnen stellen. Gaat het hier inderdaad om syndesmose letsel? Tijdens de kijkoperatie beoordeelt de chirurg de kraakbeenlaag van het gewricht. Vervolgens brengt de chirurg een haakje in om te kijken of er een toegenomen ruimte is tussen het scheenbeen en het kuitbeen. Na de inspectie worden de gaatjes in uw huid gehecht. De herstelingreep vindt zes weken later plaats.

print

Na de operatie is goede zorg essentieel. Samen met u werken we aan een goed herstel.

Opnameduur

Hoe lang u in het ziekenhuis moet blijven en hoe lang uw nabehandeling duurt, hangt af van de ingreep die u heeft gehad. Meestal mag u kort na een kijkoperatie al naar huis (ongeveer na 1,5 uur). Alleen bij het vastzetten van de enkel / het enkelgewricht volgt altijd 1 nacht opname in onze kliniek.

Nazorg

De nazorg wisselt per ingreep. U vindt hier in hoofdlijnen het traject per behandeling:

  • Osteochondritis dissecans - OCD (kraakbeenbeschadiging): dagopname. Thuis zes weken lang de voet niet belasten. Na zes weken starten met fysiotherapie.
  • Impingement: dagopname. Twee weken met krukken lopen, enkel (voorzichtig) belasten. Snel starten met fysiotherapie.
  • Syndesmose – inventariserende scopie zonder gevonden afwijking: Twee weken met krukken lopen, enkel voorzichtig belasten. Snel starten met fysiotherapie.
  • Syndesmose – inventariserende scopie met gevonden afwijking: Twee weken met krukken lopen, enkel voorzichtig belasten. Uw chirurg bespreekt met u het vervolgtraject en de ingreep.
  • Syndesmose – herstelingreep: 1 nacht opname. Zie verder stap 9, 10, 11,12, 13 voor het traject.
  • Vastzetten van de enkel of van het subtalaire gewricht: 1 nacht opname. Zie verder stap 9, 10, 11,12, 13 voor het traject.

Wondgenezing

Doe voorzichtig met uw enkel. Na de operatie kan uw geopereerde enkel opzwellen. Dit is een normale reactie op de operatie.  Vaak ontstaat er een blauwe plek. Na twee weken verwijderen we de hechtingen uit de wondjes van de kijkoperatie en het eventueel direct na de operatie aangelegde gips. Afhankelijk van het verdere behandeltraject leggen we daarna opnieuw gips aan.

Drain

Er kan tijdens het vastzetten van de enkelgewrichten een drain worden achtergelaten om bloed en wondvocht af te voeren. Deze wordt meestal de dag na de operatie weer verwijderd.

Schroeven

Inwendige schroeven mogen gewoon blijven zitten, tenzij ze na een tijdje klachten geven.