print
Na de operatie blijf je nog een aantal dagen in het Amalia kinderziekenhuis. Je verblijft op de Short Stay Unit (SSU). Stap voor stap bereiden wij je voor op het weer naar huis gaan.
Epidurale pijnbestrijding
Aan het einde van de operatie wordt er een dun slangetje, een epiduraalkatheter, door de orthopedisch chirurg achtergelaten in de rug. Dit slangetje wordt aangesloten op een pompje dat je zelf kunt bedienen om verdovingsvloeistof toe te dienen rondom de zenuwen in je rug (tot drie dagen) na de operatie. Dit werkt heel erg goed tegen de pijn. Er zitten wel een paar nadelen aan:
- Je kunt minder goed voelen dat je moet plassen. Daarom krijg je een blaaskatheter.
- Soms is je romp een tijdje gevoelloos, waardoor je moeilijker kunt gaan verliggen in bed.
Je kunt in principe met de epiduraalkatheter wel uit bed gaan en lopen (mobiliseren). Als je uit bed wilt, vraag dan wel altijd om begeleiding van de verpleegkundige of een van je ouders. Na drie dagen wordt het slangetje verwijderd en krijg je andere pijnstillers voorgeschreven.
Op de uitslaapkamer
Als je ’s ochtends bent geopereerd, ga je na de operatie naar de uitslaapkamer (verkoeverkamer). Dat is een afdeling naast de operatieafdeling. We letten daar extra goed op je. Vaak ben je nog erg slaperig als je daar komt. In de loop van de middag ga je weer terug naar de kinderafdeling. Bij de verkoeverkamer is een familiekamer voor ouders. De arts geeft aan hoe lang de operatie gaat duren en vraagt je ouders/verzorgers om ongeveer een uur voor het einde van de operatie in deze kamer te zijn. Zodat zij direct naar je toe kunnen na de operatie.
Armen en benen bewegen
Na de operatie lig je gewoon op je rug. En later op de dag mag je al even rechtop zitten (met hulp van de verpleging). Op de uitslaapkamer vragen we regelmatig of je het goed voelt als we je armen en benen aanraken. We willen ook weten of je je armen en benen alweer kunt bewegen.
Ademhalingsoefeningen
Als je aan de voorzijde/zijkant bent geopereerd, kan het nodig zijn dat er een fysiotherapeut langskomt om ademhalingsoefeningen met je te doen. Je krijgt dan een oefenapparaatje om het inademen te stimuleren. De oefeningen zijn erg belangrijk. Zij voorkomen dat er een longontsteking ontstaat. Soms krijg je ook wat extra zuurstof toegediend door een klein slangetje in de neus. Iedere dag maken we een röntgenfoto van jouw longen om te kijken of de long weer mooi ontplooid is. Als dat zo is, haalt de dokter de zuigslang (thoraxdrain) eruit. Dat is meestal de tweede dag na de operatie.
Weer terug op de kinderafdeling
De eerste dag na de operatie lig je op je rug met een kussen onder je benen. Je moet al even op de bedrand zitten en naast het bed staan of lopen met hulp van de verpleegkundige. Draaien mag alleen met hulp van de verpleegkundige. Je ouders leren hoe ze jou uit bed kunnen helpen. De verpleegkundige op de afdeling zorgt ervoor dat je voldoende medicijnen tegen de pijn krijgt. Kort na een operatie werken de darmen vaak minder goed. Je moet daarom in het begin rustig aan doen met drinken en eten. De verpleegkundige op de afdeling vertelt wat je mag drinken en (later) mag eten.
Uit bed
Op de dag dat je bent geopereerd, mag je onder begeleiding van de verpleegkundige of fysiotherapeut op de rand van je bed zitten en, als het mogelijk is, al even naast je bed staan. De dagen erna ga je dit, onder begeleiding van de fysiotherapeut of verpleegkundige, opbouwen door in de stoel te zitten en te gaan lopen. Als dat goed gaat, mag je steeds meer zelf doen. De verpleegkundige of fysiotherapeut en de dokter vertellen je verder wat je wel en niet mag doen. Daarnaast zijn er nog bepaalde leefregels waar je je aan moet houden.
De wond
Vanaf de derde dag na de operatie mag je weer douchen. De wondpleister moet vijf dagen blijven zitten. De wond is gehecht met oplosbare hechtingen, die niet hoeven te worden verwijderd. Na veertien dagen mag de huisarts eventueel wel de uitstekende knoopjes aan beide kanten van de wond afknippen.
Controle röntgenfoto
Vlak voor je naar huis gaat, maken we ter controle een röntgenfoto van je wervelkolom.
Ontslag
Meestal blijf je vijf dagen in het ziekenhuis. Maar soms vindt de arts het beter als je nog wat langer blijft. Als dat zo is, bespreekt hij dat met jou en je ouders. Je krijgt geen gips of korset om je rug. Wel krijg je het advies om een bed in de woonkamer te plaatsen voor maximaal zes weken. Dit mag geen hoog-laagbed zijn.