Hoe herken je een infectie in de knieprothese?

Er zijn grofweg twee soorten prothese-infecties, de vroege en late infectie. Vroege infecties komen het meest voor. En deze zijn ook het makkelijkst te herkennen. Bij een vroege infectie blijft de wond lekken en is deze vaak heel erg rood. Soms is er zelfs sprake van koorts. Deze vroege infectie kunnen we meestal behandelen door de wond schoon te maken. We maken dan het gewricht en de prothese heel goed schoon en spoelen deze uitgebreid na. Vervolgens geven we een zo gericht mogelijke antibioticakuur. Op deze manier kunnen we vaak voorkomen dat de prothese opnieuwe vervangen dient te worden. Het is dus heel belangrijk om deze symptomen te melden en niet te wachten als u symptomen opmerkt die wijzen op infectie.


Als een infectie drie maanden na de operatie optreedt, is er sprake van een zogenaamde late infectie. Blijft een knie erg pijnlijk, kan kan de oorzaak een late infectie zijn. Een late infectie ontstaat bijna altijd vanuit een niet of niet goed behandelde vroege infectie. Om een late infectie te behandelen, moet de prothese soms eerst verwijderd worden. Hierna volgt weer een gerichte antibioticakuur. Pas als de infectie genezen is, kan er een nieuwe prothese worden geplaatst. Dit is een behoorlijk ingrijpende ingreep en die proberen we dan ook zo veel mogelijk te voorkomen. Lees hier meer over een knierevisie.